21e eeuwse vaardigheden in het funderend onderwijs
Toekomst van het funderend onderwijs
Met het oog op de toekomst zijn vaardigheden als creativiteit, kritisch denken en digitale geletterdheid van groot belang om te kunnen functioneren in en bij te dragen aan de snel veranderende maatschappij. Op welke wijze zijn deze vaardigheden al beschreven in het curriculum en in hoeverre maken ze deel uit van de lespraktijk? SLO, nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling, heeft in opdracht van het Ministerie van OCW onderzocht wat de rol is van 21e eeuwse vaardigheden in het curriculum van het funderend onderwijs.
De resultaten van het onderzoek laten zien dat leraren in primair onderwijs en onderbouw voortgezet onderwijs bekend zijn met de 21e eeuwse vaardigheden en het belangrijk vinden er bewust aandacht aan te besteden. Uit case studies blijkt echter dat deze aandacht over het algemeen weinig doelgericht en structureel is. Een analyse van leermiddelen toont aan dat deze vaardigheden ook in lesmethodes weinig substantieel en systematisch aan de orde komen. Leraren hebben de intentie in de toekomst de 21e eeuwse vaardigheden een grote(re) rol te laten spelen in hun lessen. De meerderheid van de leraren voelt zich echter onvoldoende toegerust om de vaardigheden vorm te geven in het onderwijs. Leraren hebben behoefte aan houvast, vooral in de vorm van professionalisering, lesmateriaal en goede praktijkvoorbeelden.
Inbedding in de lespraktijk
Gegeven het belang van de 21e eeuwse vaardigheden voor de toerusting van leerlingen en de beperkte aandacht in het huidige curriculum, is het wenselijk de positie van de vaardigheden in de kerndoelen en de lespraktijk te versterken. Scholen en leraren spelen daarbij een cruciale rol en moeten voldoende ruimte krijgen er lokaal invulling aan te geven. Ruimte voor innovatie van onderop is echter niet voldoende: scholen hebben steun en stimulans nodig om de ruimte productief te benutten.
Om leraren te stimuleren zijn vier vormen van ondersteuning van belang:
- concretisering van de vaardigheden in de vorm van voorbeeldlesmateriaal;
- ontwikkeling van bruikbare kaders en instrumenten voor het volgen en beoordelen van leerlingen;
- ruim aanbod van nascholingsactiviteiten en netwerken voor kennisdeling;
- meer aandacht voor de vaardigheden in methodes en een bredere ontsluiting van additionele leermiddelen.
Overkoepelende visie
Een van de aanbevelingen in het onderzoeksrapport is om de 21e eeuwse vaardigheden een meer zichtbare plek in de landelijke leerplankaders te geven. Om leraren meer richting en houvast te bieden ten aanzien van de 21e eeuwse vaardigheden, is het van belang niet-verplichtende concretiseringen te ontwikkelen van de huidige kerndoelen. Een tweede aanbeveling is de 21e eeuwse vaardigheden als thema mee te nemen in een periodieke herijking van het curriculum. Mocht het naar aanleiding daarvan tot een herziening van de kerndoelen komen, dan wordt aanbevolen de vaardigheden expliciet te benoemen als onderdeel van een overkoepelende visie en ze meer zichtbaar te maken in de kerndoelen voor de verschillende leergebieden
Onderbouwing
Voor het onderzoek is een vragenlijst uitgezet die door 822 leraren primair onderwijs en 867 leraren onderbouw voortgezet onderwijs volledig is ingevuld. Daarnaast zijn case studies gedaan in negen po- en tien vo-scholen.
In een eerdere fase van het onderzoek zijn de 21e eeuwse vaardigheden gedefinieerd op basisvan literatuuronderzoek en expertbevraging. Deze verkenning resulteerde in een conceptueel kader bestaande uit acht vaardigheden: creativiteit, kritisch denken, probleemoplosvaardigheden, communiceren, samenwerken, digitale geletterdheid, sociale en culturele vaardigheden en zelfregulering. Vervolgens is nagegaan op welke wijze deze vaardigheden zijn beschreven in het beoogde curriculum. Daartoe zijn de kerndoelen, referentieniveaus en een selectie van leermiddelen voor po en onderbouw vo onderzocht op basis van het conceptueel kader.