Risicoleerling (drop-out I)
De risicoleerling is creatief en over het algemeen erg gevoelig. Deze leerling loopt risico om als drop-out niet meer deel te kunnen/willen nemen aan het (reguliere) onderwijs. Hij is niet gemotiveerd voor schoolse taken en zoekt buitenschoolse uitdaging om zijn interesses te volgen.
Deze leerling geeft blijk van een negatief zelfbeeld: isoleert of verwaarloost zichzelf, verstoort situaties, bekritiseert zichzelf en anderen, voelt zich snel aangevallen of afgewezen. De drop-out is een absolute onderpresteerder (presteert gemiddeld of minder) en heeft baat bij alternatieve leerervaringen.
Deze leerling is op school slechts nog fysiek aanwezig, maar voelt en toont zich niet echt betrokken, of neemt zelfs onregelmatig deel aan het onderwijs. Er is een risico dat deze leerling uiteindelijk (zonder diploma) het onderwijs verlaat.
Kenmerken van de risicoleerling (drop-out I)
Deze leerling wordt in de schoolse situatie gekenmerkt door negatief gedrag: hij verzet zich tegen alles wat met school te maken heeft, uit dit als zodanig en steekt zijn energie in het niet-presteren. Vaak vertaalt dit negatieve gedrag zich naar de thuissituatie en uit zich in oppositioneel en onverantwoord gedrag. Ook kan het gebeuren dat hij zichzelf verwaarloost.
De positieve kenmerken van begaafdheid laten zich steeds minder zien, zowel voor de leerling zelf als voor de omgeving. Alleen hobby's (zoals muziek en computer) genereren nog positieve energie en maken talenten zichtbaar.
Gevoelens en houding | Gedrag | Behoeften (aan) |
---|---|---|
|
|
|
Tips bij het (h)erkennen van de risicoleerling
(drop-out II)
Actuele schoolse prestaties zullen geen houvast voor (h)erkenning geven. Wel is er in het gunstigste geval een grillig patroon te herkennen, gesteld dat hij zich nog wel inzet voor specifieke, meest creatieve, schoolse activiteiten waar eigen keuzes gemaakt mogen worden. Prestaties die geleverd worden in een niet schoolse setting, een portfolio, prestaties op bepaalde subtesten van intelligentietests en creativiteitstest laten wel vaak talenten zien.
Door de omgeving wordt vaak alleen nog het negatieve gedrag ervaren. Men maakt zich zorgen, is boos of kan zelfs bang zijn voor de leerling.
Het is nodig door het negatieve gedrag heen te prikken. Door in een gesprek met de ouders het levensverhaal terug te halen, worden vaak de bijzondere, positieve kanten van deze leerling zichtbaar.
Perceptie door volwassenen en peers | Identificatie: Signalen (h)erkennen |
---|---|
|
|
Suggesties voor adequate ondersteuning thuis en op school
Het is essentieel voor ouders en school om te blijven vertrouwen op de potentiële talenten van deze leerlingen en dit met hen te delen. Ook is het belangrijk om in contact te blijven. Daar ligt immers de ingang bij de leerling om weer 'de weg omhoog' aan te durven gaan: zij willen vaak nog wel werken voor de relatie.
Ouders hebben regelmatig gezinsbegeleiding nodig; goede communicatie tussen ouders en school is essentieel. Vaak moet er intensieve, externe begeleiding gerealiseerd worden, zijn traditionele wegen weinig effectief en moeten leerervaringen geboden worden buiten de klassensituatie om. Begeleiding heeft pas een kans van slagen wanneer de leerling zelf betrokken is bij zijn eigen, uit te zetten, pad. In geval van onverantwoord gedrag, moeten grenzen worden aangegeven en kan (groeps)therapie nodig zijn.
Ondersteuning thuis | Begeleiding op school |
---|---|
|
|