Dubbel bijzonder

Leerlingen met kenmerken van begaafdheid en kenmerken van leer- en/of gedragsproblemen noemen we "dubbel bijzonder". Meestal worden ze echter niet als zodanig (h)erkend...

Welke signalen zijn van belang om hen beter te begrijpen? Welke mogelijkheden zijn er om hen te begeleiden?

Verken binnen dit thema welke succesvolle strategieen kunnen bijdragen aan de optimale talentontwikkeling van deze bijzondere kinderen.

Meer informatie Minder informatie
VolgendOntvolgen

Redactie

Zien - visuele verwerking

Een begaafde leerling die problemen heeft met de visuele prikkelverwerking kan sneller afgeleid raken door visuele prikkels in zijn omgeving. Ook kan het moeite kosten om uit een veelheid van visuele informatie de juiste of relevante informatie te selecteren. Dit kan bijvoorbeeld tot problemen leiden als een leerling zich moet richten op informatie op het bord terwijl hij buiten allerlei kinderen op de speelplaats ziet. Of als er naast de tekst in het boek hele interessante plaatjes te zien zijn.

Het kan ook zijn dat de leerling zich opzettelijk afsluit voor visuele informatie om zich zo beter op bijvoorbeeld de auditieve informatie te kunnen richten.

Tip:

  • Ga met de leerling in gesprek om zicht te krijgen op hoe de leerling de visuele prikkels in de klas ervaart.

Indien bovenstaande aansluit bij uw bevindingen bij een specifieke leerling, verken dan de volgende vragen:

  1. Wat zie je bij de leerling?
  2. Wat heeft de leerling op dit moment nodig?
  3. Wat ga je doen?
  4. Hoe ga je het realiseren?

Observeer (opnieuw) de situatie en breng deze in kaart

Wat zien we bij de leerling?

  • Het sluiten van de ogen
  • Neemt niet waar, ziet niet wat de rest ziet
  • Wegdraaien van de plek waar mogelijk over prikkeling ontstaat
  • Naar buiten kijken
  • Bladeren in het boek tijdens de uitleg
  • etc

Analyseer na de fase van signaleren samen met leerling, ouders en andere betrokkenen het beeld van de situatie. Bepaal wat nodig is om de situatie te veranderen en benoem de onderwijsbehoeften van de leerling.

Wat heeft de leerling op dit moment nodig?

Het is belangrijk dat de leerling ervaart dat hij zelf invloed heeft op zijn eigen ontwikkeling. Hiervoor is het nodig dat de leerling zijn eigen kwaliteiten en uitdagingen (er)kent.

 

Een leerling met problemen in de visuele prikkelverwerking heeft een leerkracht nodig die:

  • Observeert en de problemen in kaart brengt
  • In gesprek gaat met de leerling over hoe de leerling visuele prikkels ervaart en er mee omgaat
  • Zich kan verplaatsen in het kind en van daaruit aanpassingen kan doen in de onderwijsomgeving of in het materiaal
  • Begrip heeft  voor de overgevoeligheid van de leerling
  • Rekening houdt met deze overgevoeligheid.
  • Respecteert dat visuele prikkelingen afleiden en het leerproces beïnvloeden
  • Bespreekt met ouders wat gezamenlijk gedaan kan worden.

Een leerling met problemen in de visuele prikkelverwerking heeft medeleerlingen nodig die:

  • Elkaar respecteren.
  • In gesprek gaan over hoe iedereen rekening kan houden met elkaar.

Een leerling met problemen in de visuele prikkelverwerking heeft een onderwijsomgeving nodig die:

  • Evenwichtig is in sfeer.
  • Gestructureerd is.
  • Geen overdaad heeft aan visuele prikkels.

Een leerling met problemen in de visuele prikkelverwerking heeft onderwijsmateriaal nodig dat:

  • Gestructureerd is.
  • Geen overdaad heeft aan visuele prikkels.

Wat ga je doen? 

Hoe ga je het realiseren?