Dubbel bijzonder

Leerlingen met kenmerken van begaafdheid en kenmerken van leer- en/of gedragsproblemen noemen we "dubbel bijzonder". Meestal worden ze echter niet als zodanig (h)erkend...

Welke signalen zijn van belang om hen beter te begrijpen? Welke mogelijkheden zijn er om hen te begeleiden?

Verken binnen dit thema welke succesvolle strategieen kunnen bijdragen aan de optimale talentontwikkeling van deze bijzondere kinderen.

Meer informatie Minder informatie
VolgendOntvolgen

Redactie

Motivatieproblemen

Bij begaafde leerlingen die niet gemotiveerd zijn zien we dat dit zich kan uiten tijdens het zelfstandig werken in problemen met opstarten en/of doorwerken. Ook kan het zijn dat de leerling slordig werk levert dat vol met fouten zit. Motivatieproblemen kunnen de oorzaak zijn van onrustig gedrag tijdens de les (door de les roepen of van de plaats lopen) of van dagdromen.

Motivatieproblemen kunnen veroorzaakt worden door het feit dat het soort taak en het niveau van de taak onvoldoende aansluiten bij het niveau en de interesses van de (hoog)begaafde leerling. Maar het kan ook zijn dat de manier waarop de taak wordt aangeboden onvoldoende aansluit bij de leerstijl van de (hoog)begaafde leerling. Gaat het bijvoorbeeld om een herhalingstaak of een taak met kleine leerstappen dan zal dit van invloed zijn op de motivatie van de (hoog)begaafde leerling.

Indien bovenstaande aansluit bij uw bevindingen bij een specifieke leerling, verken dan de volgende vragen:

  1. Wat zie je bij de leerling?
  2. Wat heeft de leerling op dit moment nodig?
  3. Wat ga je doen?
  4. Hoe ga je het realiseren?

Observeer (opnieuw) de situatie en breng deze in kaart

Wat zie je bij de leerling?

  • Geen zin in de taak
  • Uitstellen van een taak
  • Niet starten
  • Moeite met doorwerken
  • Dagdromen
  • Slordig werken
  • Veel fouten maken in het werk
  • Lichamelijke onrust
  • ....

Tips:

  • Observeer de leerling in verschillende situaties en breng het probleem in kaart.
  • Bepaal welke leerstrategie het beste bij de leerling past.
  • Ga met de leerling in gesprek om er achter te komen hoe het komt dat hij niet gemotiveerd is en welke factoren daarop van invloed zijn.
  • Ga met de ouders van de leerling in gesprek.

Analyseer na de fase van signaleren samen met leerling, ouders en andere betrokkenen het beeld van de situatie. Bepaal wat nodig is om de situatie te veranderen en benoem de onderwijsbehoeften van de leerling.

Wat heeft de leerling op dit moment nodig?

Het is belangrijk dat de leerling ervaart dat hij zelf invloed heeft op zijn eigen ontwikkeling. Hiervoor is het nodig dat de leerling zijn eigen kwaliteiten en uitdagingen (er)kent.

Een leerling met motivatieproblemen heeft een leerkracht nodig die:

  • Observeert wat de oorzaak is van de motivatieproblemen en hoe dit zich uit.
  • In gesprek gaat met de leerling over welke factoren meespelen in het wel of niet gemotiveerd zijn.
  • Zich kan verplaatsen in het kind en van daaruit aanpassingen kan doen in de onderwijsomgeving of in het materiaal.
  • Zich verdiept in welke leerstrategie het beste bij de leerling past.
  • Zorgt dat de leerstof aansluit bij het niveau en de interesse van de leerling.
  • Rustig, duidelijk en consequent is.
  • Bespreekt met ouders wat gezamenlijk gedaan kan worden

 

Een leerling met motivatieproblemen heeft medeleerlingen nodig die:

  • Mogelijk tot een groep ontwikkelingsgelijken behoren (bijv. een peergroep/plusklas)

 

Een leerling met motivatieproblemen heeft een onderwijsomgeving nodig die:

  • Aansluit bij het niveau en de interesses van de leerling.
  • Aansluit bij de grootte van de denkstappen die bij de leerling passen.
  • Aansluit bij de leerstrategieën die het beste bij de leerling passen.

 

Een leerling met motivatieproblemen heeft onderwijsmateriaal nodig dat:

  • Aansluit bij het niveau en de interesses van de leerling.
  • Aansluit bij de grootte van de denkstappen die bij de leerling passen.
  • Aansluit bij de leerstrategieën die het beste bij de leerling passen.

 

Wat ga je doen? 

Hoe ga je het realiseren?