Moeite met samenwerken
Als begaafde leerlingen met sociale problemen gaan samenwerken met klasgenoten kan dit op problemen stuiten.
Begaafde leerlingen denken snel en hebben hun plan soms al klaar als de medeleerlingen nog aan het nadenken zijn. Ze willen dan graag meteen aan de slag en nemen dan ook direct het voortouw. Dit kan bepalend overkomen bij de medeleerlingen en als onaangenaam ervaren worden.
Ook kunnen begaafde leerlingen door hun gedrevenheid soms erg ongeduldig en overheersend overkomen in zowel taal als toon. Met hun enthousiasme en vaak goed ontwikkelde verbale vaardigheden en leiderschapskwaliteiten nemen ze anderen dan mee in hun eigen leer- en gedachteprocessen. Medeleerlingen kunnen dan het gevoel krijgen dat ze onvoldoende gehoord worden, hetgeen ten koste gaat van het groepsproces.
Soms vinden begaafde leerlingen anderen te langzaam of niet slim genoeg en werken ze liever alleen om sneller te kunnen doorwerken of een beter resultaat te kunnen verkrijgen.
Indien bovenstaande aansluit bij uw bevindingen bij een specifieke leerling, verken dan de volgende vragen:
-
Wat zie je bij de leerling?
- Wat heeft de leerling op dit moment nodig?
- Wat ga je doen?
- Hoe ga je het realiseren?