Publicatie

Op weg naar instructieontwerp onderzoekend leren

Moeten hoogbegaafde leerlingen ondersteund worden tijdens onderzoekend leren?

Profielfoto van Dolf Janson
6 mei 2014 | 1 minuut lezen

Of kinderen op niveau presteren hangt grotendeels af van de mogelijkheid die ze krijgen om hun talent te ontwikkelen. Worden kinderen niet op het juiste niveau gestimuleerd, dan is de kans groot dat problemen zoals onderpresteren ontstaan (Reis & Renzulli, 2010). Dit geldt voor alle leerlingen, maar in het bijzonder voor hoogbegaafde kinderen. Op korte termijn levert het gebrek aan cognitieve stimulatie minder leerwinst op; op langere termijn leidt het ertoe dat deze kinderen niet leren leren en dat talent onderbenut blijft.

Om elk kind op het juiste niveau aan te spreken, moeten docenten het onderwijs aanpassen aan de kenmerken en bijbehorende instructiebehoeften van hun leerlingen (Heacox,2010). Als dat gebeurt, zullen hoogbegaafde leerlingen de leertaak positief waarderen en zorgt hun taakgerichtheid voor flow en goede leerresultaten.

Omdat voor hoogbegaafden kenmerkend is dat zij nieuwsgierig zijn en gemotiveerd om te leren, kan onderzoekend leren een goede manier zijn om hier invuling aan te geven. Uit onderzoek blijkt echter dat onderzoekend leren alleen effectief is als dit goed ondersteund wordt.

Er is nog weinig onderzoek gedaan of en op welke wijze dit bij hoogbegaafde leerlingen het geval is. Daarom is dit onderzoek bij 64 basisschoollerlingen interessant. Hierin worden drie verschillende condities van ondersteuning vergeleken met als onderzoekstaak het werken met een stroomkring. Tijdens de ORD worden de eerste resultaten van dit onderzoek gedeeld.

1 document toegevoegd